Huig de Groot (1951) werkte als groepsleider en coördinator in de jeugdzorg. Hij was in de jaren zeventig mede-oprichter van de Belangenvereniging Minderjarigen, een 'vakbond van tehuisbewoners', die in actie kwam tegen het gebruik van isoleercellen, drilopvoeding en andere misstanden in de residentiële kinderbescherming. De Groot was een belangrijke bron van informatie voor de Commissie De Winter, die onlangs rapporteerde dat van de 200.000 kinderen die vanaf 1946 onder het beschermingsbewind van de overheid vielen, maar liefst 75 procent werd geconfronteerd met excessief geweld.

Huig de Groot is een van de initiatiefnemers van een Nationaal Monument Geweld Jeugdzorg, 'niet alleen om de slachtoffers van geweld te herdenken, maar vooral om te voorkomen dat komende generaties kwetsbare jongeren met nieuwe vormen van geweld worden geconfronteerd'.